VO in Limburg: van hokjes naar cirkels

Ron Bonekamp (stichting LVO) | 01 May 2015


De afkorting VO staat voor Voortgezet Onderwijs waarmee impliciet vooral de verbinding met de herkomst van de leerlingen, het basisonderwijs, wordt beklemtoond. Een verbinding die zonder meer van groot belang is en blijft. Het onderwijs aan de groep van 12 tot 18 jarigen richt zich echter in toenemende mate en vooral op de toekomst van de leerlingen, niet waar ze vandaan komen maar waar ze naar toe gaan. De afkorting VO zou dan ook beter kunnen staan voor Voorbereidend Onderwijs, zoals al tot uitdrukking komt in de afkortingen vmbo en vwo.

Een voorbereiding op een (onderwijs-) loopbaan die steeds minder langs vaste en vastgestelde wegen gaat. De oude leer- en carrièreroutes staan onder druk van internationale sociaal economische ontwikkelingen die vaak samengevat worden onder het thema globalisering. Leerlingen moeten uitgerust worden met die kennis en vaardigheden om in alle opzichten succesvol te zijn op een levensweg die steeds meer het karakter heeft van een trektocht. Er wordt een steeds groter beroep gedaan op de responsiviteit van de burger. Een leven lang leren is daar een voorbeeld van.

Het huidige voortgezet onderwijs maar ook de vervolgopleidingen gaan nog te veel uit van hokjes. Hokjes waarin opleidingen eng omschreven worden en die met elkaar verbonden worden door wat we een doorlopende leerlijn noemen. Hokjes die afgebakend zijn op basis van vaak landelijk vastgestelde kwalificaties. Zo ontstaat weliswaar duidelijkheid over en vertrouwen in opleidingseisen maar ook starheid in verbinding en aansluiting.

Het denken en werken in hokjes staat onder druk van twee ontwikkelingen; globalisering en regionalisering. Twee begrippen die niet gebonden zijn aan de traditionele afbakening van de grenzen van een gemeente, provincie of land. Er is veel aandacht voor globalisering maar zeker zo belangrijk is de versterking van de regio. Voor leerlingen is de regio het vertrekpunt maar ook de thuishaven. Een plek waar kennis wordt opgedaan, vaardigheden worden geleerd en de gelegenheid wordt geboden om zich te ontwikkelen van kind tot jong volwassene. Een plek die men verlaat maar waar men ook vaak weer naar terugkeert.

De behoeften en mogelijkheden van een regio op het vlak van vraag en aanbod van arbeid hangen sterk samen met de schaal van de regio; de geografische cirkel rond een leerling.

De leerling, student in het middelbaarberoepsonderwijs vindt zijn of haar woon -en werkplek vaak in de directe omgeving. Een verbinding van de school met overheid, maatschappelijke instellingen en bedrijfsleven zorgt voor een goede wisselwerking tussen de aangeboden kennis, vaardigheden en competenties van de leerlingen en de behoefte hieraan in de regio. Hierbij is bijvoorbeeld het bedrijfsleven meer dan alleen de volgende stap in een loopbaan van een leerling. De leerling kwam het bedrijf al tegen in zijn schoolloopbaan en zal zijn of haar school ook blijven ontmoeten binnen het bedrijf waar hij, zij gaat werken. Opleiding en werkkring zijn en blijven dan relevant voor elkaar. Vooral in het middelbaar beroepsonderwijs zal de euregio aan betekenis winnen. Limburgse leerlingen die beter toegerust zijn met relevante kennis en vaardigheden voor de euregio (bijvoorbeeld het verstaan en spreken van buurtalen) krijgen daarmee toegang tot een grotere arbeidsmarkt. Hier ligt nog een belangrijke opdracht voor de Limburgse scholen

Voor de leerling, student uit het hoger beroeps- en universitair onderwijs heeft de regio een andere omvang en betekenis. De cirkel is als het ware groter. De regio is hierbij nadrukkelijk de euregio die een divers en internationaal hoog gewaardeerd aanbod aan universiteiten en hogescholen kent. Het Limburgs voortgezet onderwijs kan nog veel beter dan tot nu toe het geval is leerlingen laten profiteren van deze mogelijkheden in de nabije omgeving. Hogescholen en universiteiten kunnen ook nog meer de verbinding leggen met het voortgezet onderwijs. Ook hier zou minder sprake moeten zijn van een lineaire verbinding tussen vooropleiding en vervolgopleiding (relatie leverancier-ontvanger) maar van circulaire verbindingen tussen en over de onderwijsinstellingen.

De Educatieve Agenda Limburg biedt de kansen voor deze benadering vanuit cirkels die gevormd worden door onderwijsinstellingen met een directe verbinding naar overheid, bedrijfsleven en maatschappelijke instellingen.

Misschien wel de belangrijkste sleutel tot uitstekend onderwijs ligt bij de docent, de leraar. Het Limburgse voortgezet onderwijs dat landelijk hoog aangeschreven staat, mede door de kwaliteit van de medewerkers, krijgt in de komende jaren te maken met een forse uitstroom van medewerkers. Het gaat ook om docenten met een universitaire opleiding. Voor het voortgezet onderwijs én de mbo’s, hogescholen en universiteiten een mooie kans om samen te zorgen voor opleidings- en beroepsperspectief in de regio.

Schoolkeuzes
delen:  
Loading Conversation